|
|
Amerikaanse buisjesspons
Chalinula loosanoffi
(Hartmann, 1958)
Nederland (bron: Peter van Bragt)
Zoekbeeld
Mariene spons. Vormt plakkaten of korsten met kleine, grijsbruine of paarsachtige schoorsteenvormige buisjes. Deze zijn dunwandig, tot 2-3 cm hoog, met een doorsnede van 0,5 cm. De hele spons voelt zacht aan, maar het oppervlak is ruw. De spons is fragiel. Oosterschelde: zeldzaam, mogelijk inmiddels verdwenen.
Te verwarren met
Paarse buisjesspons Haliclona (Soestella) xena. Deze vormt meer paasachtige buisjes die op een gemeenschappeluijke basis hebben.
Kenmerken
Afmetingen: Plakkaten/korst dun, hoogstens enkele cm. Buisjes 2-3 cm hoog, met een doorsnede van 0,5 cm. De groepjes buisjes zijn 7-8 cm.
Kleur: Grijsbruin of paarsachtig.
Vorm: Platte plakkaten vormend, als dunne korst op substraat, met diverse kleine, dunwandige, meestal bruine, schoorsteenachtige buisjes. De hele spons voelt zacht aan, maar het oppervlak is niet glad, eerder ruw, pukkelig of harig. De buisjes zijn dunwandig, de hele spons is fragiel.
Spicula: Dubbelpuntige naalden, in Nederland rond de 80 um. De naalden hebben vaak onregelmatige bobbels.
Habitat en ecologie
Bekend uit het sublitoraal van de Oosterschelde. Leeft op oesterbanken en harde, vaak door de mens gemaakte substraten. De soort sterft af in de winter, maar overwintert door Gemmulae (broedknoppen). Een gemmula ontwikkelt zich aan de binnenkant van de spons en bevat veel kraagcellen (choanocyten). het geheel is omgeven door skeletnaalden. Gemmulae kunnen tegen uitdroging en bevriezing. (Vooral zoetwatersponzen produceren gemmulae om uitdroging of de winter te overleven.)
Areaal en verspreiding
De Amerikaanse buisjesspons is uit Zeeland bekend vanaf 1887. Na de jaren negentig niet meer met zekerheid waargenomen.
Nadere informatie
Eerder als Haliclona loosanoffi beschreven.
Trends
Sedert 1975 bekend uit Nederland. Inmiddels mogelijk verdwenen.
Literatuur
- Van Soest, R. W. M, 1976. First European record of Haliclona loosanoffi Hartman, 1958 (Porifera, Haplosclerina), a species hitherto known only from the New England coast. — Beaufortia (24) 177-188.
- Van Soest, R.W.M., 2014. Sponzen. In F. van der Burgt (Ed.): Zeeboek, p 45-52. Jeugdbonduitgeverij & KNNV, ‘s Graveland.
Code
Auteurs
Onbekend (2013)
[IvL jan. 2014]
Floris Bennema, 2016.
Categorieën:
Soorten,
Sponzen
Commentaar
Grafieken